Met 14 personen waren we. Samen met ranger Robert Vercruysse waren we ervan overtuigd dat de weergoden ons goedgezind zouden zijn. Samen besloten we om aan de smakentocht de beklimming van één mijnterril toe te voegen. Op deze plek mochten we niet voorbij gaan aan de spectaculaire panorama’s, temeer daar de lucht vrij helder was. Onderweg werden we geregeld getrakteerd op proeverijen die onze gids in zijn rugzak meegebracht had. In tegenstelling tot wat iedereen verwacht had, hadden deze proeverijen niet altijd een binding met het gebied waar we door wandelden, uitgezonderd de aardbeienconfituur. Op de plaats waar we wilde bosaardbeien zagen staan, mochten we proeven van een toastje met zelfgemaakte confituur. Naast deze confituur mochten we nog proeven van een zwart anijssnoepje (link met de zwarte steenkool), een koekje “park hoge kempen”, pijnboompitten (link met de dennen) en keitjes (lekkere snoepjes, een beetje zoals doopsuiker, maar in de vorm van rolkeien). Op de top van de terril mochten we nog proeven van een lekkere Nationaal park likeur met de leus “je proeft wat je ziet en je ziet wat je proeft”. Deze likeur was gemaakt op basis van o.a. dennen, eiken en paardenbloemen. De beklimming van de terril viel goed mee, we hadden de gemakkelijkste kant genomen om naar boven te gaan. Even dreigde de (mot)regen spelbreker te worden, maar dat was slechts van zeer korte duur. Toen we de top bereikten was het opnieuw helder en werden we beloond met mooie vergezichten: we zagen de windmolens van Lanaken, het hoogste flatgebouw van Genk, de fabrieken in Geleen, … Tegen half vijf waren we terug bij ons vertrekpunt, de mijnschacht van Eisden. En … het begon te regenen. Van goede timing gesproken. Natuurlijk werd ook deze activiteit afgesloten met een lekkere koffie of een heerlijk biertje, en dit in brasserie De Karbonkel.
Theme by Danetsoft and Danang Probo Sayekti inspired by Maksimer